We werken reeds jaren samen met de firma REFONA om bloedluizen te bestrijden. Deze mijten (geen luizen) komen voor op wilde vogels en kunnen hun weg vinden naar jouw kippen maar ook naar onze vogels én onze reptielen. Deze ecologische en duurzame manier van bestrijding hebben we dit jaar uitgebreid met een kleine 250.000 nieuwe bewoners van ons park per week voor de bestrijding van steekvliegen.

Dutchy’s® zijn roofmijten die actief op deze bloedmijten jagen. Ze zorgen voor een biologische bestrijding met een evenwicht tot gevolg. Met andere woorden, ze gaan mogelijk niet de bloedmijten voor 100% weg krijgen, maar wel de populatie tot bijna niets reduceren. Komen er dan nieuwe bloedmijten binnen, geen probleem, er staat een leger roofmijten klaar! Bij chemische bestrijding is er zo geen buffer.

Nu hebben we dit jaar onze samenwerking uitgebreid, met name voor de bestrijding van de steekvliegen of stalvliegen (Stomoxys). Je kent ze wel, het lijken gewone huisvliegen maar ze kunnen vervelend bijten. Ook onze dieren hebben last van deze vliegen en de klimaatverandering lijkt deze vliegen gunstig gezind. Ze zijn er vroeger, ze zijn met meer en ze blijven langer. Tijd dus om oplossingen te zoeken om de last te verminderen voor onze dieren. Niet enkel de savannedieren, maar ook de leeuwen en de wolven bijvoorbeeld hebben last van deze bijtvliegen. Chemische bestrijding is niet eenvoudig aangezien de actieve stof om insecten te bestrijden niet goed is voor katachtige roofdieren.

We kregen 2 legers om de vlieg te bestrijden, de mijt Macrochelys robustulus heeft het gemunt op de eitjes van de vliegen. Je zet ze uit op plaatsen waar mest of voedselresten liggen (mesthoop of container). Zo’n 150.000 van deze diertjes kwamen er per week aan in ons park. Dan hebben we ook nog de sluipwesp Muscidifurax raptorellus die het gemunt heeft op de poppen van de vlieg. Als de vliegenmade verandert in een pop legt de sluipwesp eitjes in de pop waardoor er geen vlieg maar enkele sluipwespen uit de pop komen. Deze kan je uitzetten in het verblijf zelf omdat de wespjes Van deze wespen kregen we er zo’n 90.000 per week bij in deze testfase. Voor wie schrik heeft van wespen, je kan zien op de afbeelding dat het hier niet om de klassieke wespen gaat, ze geven geen last naar mensen toe en steken niet.

Op de schermen in het park kan je de camerabeelden zien in het nest van de servals waar moeder Safia haar 2 jongen verzorgt. Maar zij zijn niet alleen, vele andere diersoorten zagen reeds het levenslicht dit jaar, waaronder enkele ‘speciallekes’.

Zoals ieder jaar doen onze kapucijnapen en doodshoofdaapjes ook weer mee waar telkens 2 jongen geboren zijn in de groep. Bij de ringstaartmaki’s werd er dan weer één jong geboren. Dus de primaten doen hun best om hun genen voort te zetten. Op de savanne kwam er een jonge elandantilope bij en bij de overige zoogdieren zagen 2 toepaja’s en 1 stekelvarken het levenslicht. Maar de grote publiekslievelingen zijn de 4 kleine stokstaartjes.

Bij de vogels was het ook een vruchtbaar jaar, met enkele klassiekers zoals de rode ibissen, grijze kroonkraanvogels en kuifseriema’s die jongen kregen. Maar ook de roodkuiftoerako’s, schildraven en grijze tokken hebben zich kunnen voortplanten.

Tenslotte zijn er bij de vogels ook twee erg opmerkelijke soorten waar we erg fier op zijn dat er jongen geboren zijn. Na enkele jaren hebben eindelijk de grote vasapapegaaien nog eens een jong. Deze zeldzame zwarte papegaaiachtige uit Madagaskar verdient zeker onze aandacht, hij is veruit de meest speciale papegaaiachtige in ons park en de jaarlijkse geboortes in Europese dierentuinen kan je op één hand tellen. En bij de blauwkeelguans spreken we over een primeur voor het park. Deze Zuid-Amerikaanse hoenderachtige vliegen vrij in onze tropenhal, en dat is blijkbaar goed voor het libido want we mochten 4 jongen verwelkomen bij deze onbekende en helaas vaak onbeminde soort. Kom ze zeker eens bezoeken en je zal zien dat ook deze soorten de moeite waard zijn voor een dierentuinbezoek.